Waka versus Ramses

De kinderen zitten met vriendjes en vriendinnetjes aan de keukentafel te tekenen. Ik sta aan het aanrecht en bak een appeltaart. Het is lawaaiig maar ik probeer het ideale plaatje niet te laten verstoren. Buiten is het herfst en waait de wind, binnen is het gezellig. Hoewel, het is wel erg rumoerig. Ik kan mijn eigen muziek niet eens horen (dat moet je ook niet proberen met een huis vol kinderen, ben ik allang achter, maar ik trap er nog weleens in).

Dan komt er een goed idee in me op. Ik zet Ramses Shaffy op. Pas heb ik ontdekt hoe mooi de liedjes zijn en misschien vallen ze stil als er iets Nederlandstaligs opstaat. Dat ze gaan meeluisteren en nog wat zinnigs oppikken. Er kunnen nuttige gesprekken ontstaan. ‘Wat bedoelt die meneer mama?’ bij Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder bijvoorbeeld.  ‘Nou wat die meneer bedoelt is… O nee! Wat denk je zelf?’ ‘Dat we heel veel tegelijk kunnen?’ ‘Ja goed bedacht. En wat hij ook bedoelt is dat je er een leuk leven van moet maken. Ook al voel je je soms alleen of verdrietig, we zijn allemaal samen.’ Of: ‘Waarom loopt Sammy zo gebogen denken jullie? Gepest? Ja zou kunnen. Zeg, wordt er bij jullie in de klas gepest?’.

Maar het gekakel gaat door terwijl Ramses zingt. Ze merken hem niet eens op. ‘Kijk wat staat hier? Wat staat hier??’ roept mijn zoon van zes trots en houdt zijn blaadje omhoog. ‘Kak!’ antwoordt het vriendje opgewonden. ‘Kan je ook eens wat anders schrijven dan kak en pis?!’, commandeert dochter van tien jufferig. Dan valt het ineens stil. Rust. Dochter is tevreden over haar uitval en zoon schrijft een volgend vies woord. Maar op dat moment is het liedje Laat me aan de beurt en Ramses zingt luidkeels: Ik heb mijn leven niet verkankerd..!

‘Oh!’ roepen ze allemaal. ‘Dat mag je niet zeggen!’. ‘Lekker zeg. Waar luister jij naar mam?’, vraagt mijn dochter verbaasd. Niks leerzame gesprekken over eenzaamheid en pesten, maar tumult over een scheldwoord. ‘Geen wonder dat dat kind alleen maar vieze woorden schrijft’, hoor ik de vaders en moeders van de vriendjes al tegen elkaar mompelen tijdens de afwas, na een verslag van de dag.

Je moet ook geen goeie gesprekken willen regisseren. Je moet het allemaal niet te graag willen. Forceren werkt niet. Laat ze maar luisteren naar Waka Waka eh eh, Tsamina mina zangalewa, This time for Africa. Twintig keer achter elkaar. Fijngevoelige liedjes ontdekken ze later wel. Als ze 41 zijn bijvoorbeeld, net als hun moeder.

Recent Posts

Leave a Comment